Interview met Erik Schipper van CBRE

Published on Thursday, February 25news

Erik Schipper is al sinds 2013 werkzaam bij CBRE, een grote vastgoedadviseur. Vanuit zijn werkzaamheden voor opdrachtgever Bouwinvest is hij tevens BIZ-deelnemer. BIZ The Olympic Amsterdam sprak hem over zijn werk bij CBRE, de impact van de coronacrisis en de binding die hij voelt met de Stadionbuurt.

Q: Hi Erik, leuk dat ik je mag interviewen. Laten we beginnen bij het begin: kun je me iets over jezelf vertellen?
A: Dat kan ik zeker! Mijn naam is Erik Schipper en ik ben 31 jaar. Ik heb bouwkunde gestudeerd aan de TU in Delft en heb mij later met een master gespecialiseerd in vastgoedmanagement. In 2013 startte ik als stagiair bij CBRE en daar ben ik sindsdien blijven werken. Eerst als junior commercieel manager, toen als commercieel manager en sinds 2019 als senior commercieel manager.

Q: Wat doe je precies in die functie?
A: CBRE is een vastgoedadviseur, die voor elk vastgoedvraagstuk advies van A tot Z biedt. Van het vinden van nieuwe kantoor- of winkelruimte tot de verkoop van gebouwen en van taxaties tot projectmanagement en vastgoedmarketing. De afdeling waar ik werk richt zich vooral op vastgoedmanagement en -advies en treedt op als vertegenwoordiger voor zowel pandeigenaren als huurders. In de afgelopen jaren heb ik veel verschillende facetten van commercieel vastgoed gezien en op dit moment heb ik een behoorlijke diverse portefeuille. Daarin zitten zowel kantoren als hotels, horeca en winkels, onder andere van BIZ-deelnemers het Olympisch Stadion en Bouwinvest.

Q: Wat interessant. Heb je je functie het afgelopen jaar zien veranderen door de coronacrisis?
A: Ik heb een stuk meer gesprekken met huurders gehad. Die gingen vooral over hoe we elkaar kunnen helpen en hoe we de crisis het beste kunnen ‘overleven’. In dat soort situaties ben ik vooral een spreekbuis voor de huurders en maak ik plannen om voor te leggen aan de pandeigenaren. Aan de andere kant heb ik ook huurders gesproken die floreerden als gevolg van de coronacrisis. Hen hielp ik bijvoorbeeld juist aan grotere kantoorruimtes.

Q: Hoe heb je die verandering zelf ervaren?
A: Het was erg afwisselend, maar daardoor ook intensief. Sinds vorig jaar maart zit ik het grootste gedeelte van de tijd achter mijn laptop en heb ik aan de lopende band Zoom-calls. Dat is jammer, want ik ben veel liever onderweg, ga liever fysiek in gesprek met huurders en loop ook graag af en toe een rondje door de gebouwen. Dat kan nu nog maar één à twee keer per week. Het is een bizarre tijd en ik hoop dat het snel weer de goede kant op gaat – zowel voor mezelf als de ondernemers in het gebied.

Q: Dat hopen wij ook… Zie je daarin ook een meerwaarde van de BIZ voor de ondernemers van de Stadionbuurt?
A: Zeker! Ik vind het belangrijk én positief dat we in een BIZ met elkaar kunnen werken aan grotere doelen zoals de veiligheid in en promotie van het gebied. Vanuit mijn functie als verlengstuk van Bouwinvest, die in dit gebied veel vastgoed in eigendom heeft, vind ik het mooi om het gebied naar een hoger niveau te tillen.

Q: Wat beschouw je als een ‘hoger’ niveau?
A: Het is vooral belangrijk dat het gebied zowel overdag als ’s avonds veilig is. En uiteraard moet het een prettig en gezellig verblijfsgebied zijn. Als je daarin investeert, wordt het herkenbaar, komt er meer reuring en is het aantrekkelijk voor huurders – daar hebben alle ondernemers profijt van.

Q: Zou je zeggen dat de Stadionbuurt nu al die fijne verblijfsplek is?
A: Daar ben ik van overtuigd. De buurt is goed bereikbaar, wat natuurlijk belangrijk is voor bedrijven die vaak externe klanten ontvangen. Ook is het gebied door het Olympisch Stadion al vrij herkenbaar. Dat is uniek en spreekt mensen aan. Ik hoef nooit te vertellen waar de Stadionbuurt precies is en wat hier gebeurt, want iedereen heeft er zelf wel een beeld bij. Dat maakt mij echt trots om hier te mogen werken!

Q: Wat ontzettend leuk om te horen. Zie je daarnaast nog wel kansen voor het gebied waar wij als BIZ op in kunnen spelen?
A: Ik denk dat het goed is om meer ruimte te maken voor creatief ondernemerschap. Als je ondernemers een podium of opstapje biedt vanuit de BIZ, kan het gebied meer gaan leven en komt er levendigheid. Daarnaast zijn er altijd mogelijkheden om meer met marketing te doen. De naam ‘The Olympic Amsterdam’ kunnen we nog veel meer promoten en uitdragen. Daarom vind ik het ook positief dat er nu een nieuwe wind waait door de BIZ en het community team een frisse start maakt met de marketing. Het is gewoon een prachtig gebied, waar ik me persoonlijk ook verbonden mee voel. Laten we kijken hoe we daar met elkaar een groot succes van kunnen maken!

Q: Dat klinkt als een goed plan! Dankjewel voor je tijd en verhaal, Erik.
A: Graag gedaan!